Schijnzelfstandigheid binnen de sector is een fenomeen dat steeds meer aandacht krijgt. Wij lichten hierna toe hoe u zich hiertegen kan wapenen.
Wat is schijnzelfstandigheid?
Schijnzelfstandigheid doet zich voor wanneer een zelfstandige officieel als zelfstandige wordt ingeschreven, maar in de realiteit werkt onder voorwaarden die meer lijken op een arbeidsovereenkomst.
Dit kan bijvoorbeeld betekenen dat de “zelfstandige” verplicht is om opdrachten uit te voeren volgens strikte instructies, werkt met vaste uren of geen echte vrijheid heeft in het uitvoeren van zijn of haar taken.
Waarom is dit een probleem?
Voor thuisverpleegkundigen kan schijnzelfstandigheid ernstige gevolgen hebben. Aan de ene kant kan de thuisverpleegkundige essentiële rechten missen, zoals sociale bescherming, ziekteverlof of pensioenopbouw. Aan de andere kant, kan de thuisverplegingspraktijk het risico lopen op boetes of zelfs terugbetalingen van sociale bijdragen indien schijnzelfstandigheid wordt vastgesteld.
Hoe kan u zich hiertegen wapenen?
In eerste instantie is het belangrijk dat de thuisverpleegkundige de vrijheid en autonomie heeft om zelf zijn of haar werkagenda te bepalen.
Vaak worden patiëntenrondes, de inplanning van de thuisverpleegkundigen op deze rondes, de volgorde van de te verzorgen patiënten en de uit te voeren verzorgingen bepaald door de thuisverplegingspraktijk. Indien de thuisverpleegkundige hier geen enkele inspraak in heeft, dan kan er een gevaar bestaan op schijnzelfstandigheid.
Dit wil evenwel niet zeggen dat u als thuisverplegingspraktijk de coördinatie van de patiëntenrondes niet meer mag uitvoeren. Dit is perfect mogelijk op voorwaarde dat de zelfstandige thuisverpleegkundige de mogelijkheid heeft om zelf zijn/haar beschikbare werkdagen te bepalen. Aan de hand van deze beschikbaarheden kan de thuisverplegingspraktijk vervolgens de patiëntenrondes invullen.
Daarnaast is het eveneens belangrijk dat de thuisverpleegkundige zelf de volgorde van de te verzorgen patiënten en de uit te voeren verzorgingen kan bepalen.
Deze zaken zijn niet enkel belangrijk naar schijnzelfstandigheid toe maar eveneens met betrekking tot enige aansprakelijkheid ten opzichte van het RIZIV. De thuisverpleegkundige wordt volgens het RIZIV namelijk steeds persoonlijk verantwoordelijk geacht voor de uit te voeren verzorgingen en dit los van het feit of deze verzorgingen door de thuisverplegingspraktijk in naam van deze verpleegkundige worden aangerekend aan het RIZIV.
Bovendien kan in de samenwerkingsovereenkomst eveneens een clausule worden opgenomen omtrent deze schijnzelfstandigheid. Deze clausule zal bepalen dat elke vorm van ondergeschiktheid of arbeidsrelatie tussen de partijen is uitgesloten. Daarbij worden ook afspraken tussen partijen worden vastgelegd indien de zelfstandige samenwerking alsnog zou geherkwalificeerd naar een arbeidsrelatie.
Een duidelijke samenwerking kan het verschil maken.
Neem gerust contact op als je meer wilt weten over dit onderwerp.
Lees ook onze andere blog over schijnzelfstandigheid.


Weet ook dat zelfs als de zelfstandige via een vennootschap werkt er nog sprake kan zijn van schijnzelfstandigheid. Meer weten?