Bestuurders van een vennootschap kunnen persoonlijk aansprakelijk gesteld worden voor fouten of nalatigheden in de uitoefening van hun functie.
Recente ontwikkelingen (opgenomen in Boek 6 van het nieuwe Burgerlijke Wetboek in werking getreden op 1 januari 2025) in de Belgische wetgeving hebben deze aansprakelijkheid verder uitgebreid, wat bestuurders ertoe moet aanzetten om extra waakzaam te zijn. Bestuurders kunnen nu zowel contractueel als buitencontractueel aangesproken worden. Ook de rechtspraak mag in dit kader niet uit het oog verloren worden.
In deze blog gaan wij dieper op recente rechtspraak inzake bestuurdersaansprakelijkheid (daterend van voor de invoering van Boek 6 van het nieuwe Burgerlijke Wetboek). Zo kan een bestuurder namelijk persoonlijk aansprakelijk gesteld worden bij niet betaling van de BTW door de vennootschap, bij een te verregaande uitkering van dividenden die uiteindelijk hebben geleid tot het faillissement van de vennootschap of bij het toekennen van een lening aan een andere vennootschap.
- Het Hof van Beroep te Bergen oordeelde op 23 november 2023 dat bestuurders aansprakelijk kunnen gesteld worden voor niet-betaling van BTW-schulden van de vennootschap. Zo werd geoordeeld dat indien de bestuurders btw-middelen waarvan zij in principe enkel bewaarder zijn, voor andere doeleinden te gebruiken en met name voor de betaling van andere uitgaven zoals personeelskosten, een bestuursfout begaan.
Dit had als gevolg dat niet alleen de vennootschap zelf kon aangesproken worden voor niet-betaling van BTW-schulden, maar ook de bestuurders in persoon. Een bestuurder zou maar aan die persoonlijke aansprakelijkheid kunnen ontsnappen indien hij/zij kan aantonen dat de niet-betaling van de BTW het gevolg is van financiële moeilijkheden die uiteindelijk tot de opening van de reorganisatie-, faillissements- of gerechtelijke ontbindingsprocedure hebben geleid.(Bergen (18e k.), nr. 2022/RG/520, 23 november 2023)
- Bestuurders kunnen persoonlijk aansprakelijk worden verklaard voor de schulden van de vennootschap ten belope van het tekort, indien bewezen kan worden dat een kennelijk grove fout van die bestuurder heeft bijgedragen tot het faillissement.
Het Hof van Cassatie oordeelde op 23 mei 2024 dat een voorstel van een bestuurder tot uitkering van dividenden een dergelijke kennelijk grove fout kan uitmaken. Zelf als het voorstel tot uitkering binnen de grenzen van de vennootschapswetgeving in het kader van kapitaalbescherming blijft.Het feit dat deze winstuitkering werd goedgekeurd door de algemene vergadering van de vennootschap, doet geen afbreuk aan de mogelijke aansprakelijkheid van de bestuurder.
(Cass. (1e k.), AR C.23.0088.N, 23 mei 2024 (CERTRI BV, S.R./ N.V., M.V.))
- Indien bij het faillissement van een onderneming de schulden de baten overtreffen, kunnen de huidige of gewezen bestuurders, persoonlijk aansprakelijk worden verklaard voor de schulden van de onderneming ten belope van het tekort. Dit indien kan bewezen worden dat een kennelijk grove fout van die bestuurder heeft bijgedragen tot het faillissement.
Een kennelijk grove fout wordt aanzien als een fout die een redelijk voorzichtig en vooruitziend bedrijfsleider in dezelfde omstandigheden niet zou gemaakt hebben, en die schade toebrengt aan het voortbestaan van de vennootschap.Het toekennen van leningen aan andere vennootschappen (eventueel zelf binnen eenzelfde groep) in de wetenschap, of minstens met het risico, dat deze niet zouden kunnen worden terugbetaald, wordt op zich reeds gekwalificeerd als een kennelijk grove fout.
Hetzelfde geldt voor belangrijke opnames in de rekening-courant. Het gebrek aan een vaststelling van modaliteiten of een concreet plan tot afbetaling kan worden aangemerkt als een verzwarende omstandigheid.
De betaling van substantiële bedragen aan (al dan niet gelieerde) vennootschappen, zonder dat de terugbetaling ervan op enige wijze is gewaarborgd, maakt een kennelijk grove fout uit die bestaat uit een miskenning van het vennootschapsbelang.
(Ondrb. Gent (afd. Brugge), nr. A/22/01403, 4 december 2023)
Als bestuurder is het bijgevolg heel belangrijk om te weten binnen welke grenzen u dient te handelen en hier eveneens duidelijke afspraken over te maken met de vennootschap.
Als bestuurder draagt u niet alleen verantwoordelijkheid, maar ook reëel risico. De recente rechtspraak maakt duidelijk dat fouten – zelfs wanneer goedbedoeld – sneller leiden tot persoonlijke aansprakelijkheid. En met de invoering van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek wordt dat alleen maar scherper.
Wilt u zeker zijn dat uw handelen als bestuurder juridisch correct én risicoloos verloopt?
Laat geen twijfel bestaan over uw positie.
Neem vandaag nog contact op met Mint Advocaten voor advies op maat. Of schrijf je in voor onze Mint Audit
Wij helpen u graag om proactief uw aansprakelijkheid te beheersen en problemen vóór te zijn.
📞 Bel ons, stuur ons een bericht of maak een afspraak. Contacteer ons hier.